Soloduik van James Cameron naar diepste punt van de oceaan in National Geographic-documentaire

Met zijn films Avatar en Aliens voerde James Cameron talloze bioscoopbezoekers mee naar totaal nieuwe werelden, maar met deze unieke reis naar de oceaanbodem gunt hij de kijker een blik op een onbekende wereld die maar al te echt is. National Geographic Channel kondigt vandaag de première aan van een nieuwe half uur durende special genaamd James Cameron: Voyage to the Bottom of the Earth. De special op zondag 20 mei om 21. 00 uur geeft een boeiend verslag van de historische solo-expeditie die Cameron vorige maand ondernam naar Challenger Deep in de Marianentrog, het diepste punt in de oceaan.

De Marianentrog is misschien wel de meest geïsoleerde plaats op aarde. Cameron beschrijft zijn reis naar deze buitenaardse wereld in een diepgaand interview: “Ik zag de cijfers op de dieptemeter oplopen. Wanneer de ingestelde diepte in zicht komt, remt de onderzeeër af. Eerst heb je heel lang de tijd om na te denken over wat komen gaat. En dan moet je ineens heel veel tegelijk doen. Met nog minder dan 300 meter te gaan tot de bodem, moet je de ballast aanpassen, de camera instellen en de lampen aanzetten. Terwijl de hoogtemeter aftelde, zag ik de bodem oplichten!”

Vorige maand daalde de filmmaker en National Geographic-onderzoeker af tot een diepte van 10,9 kilometer naar een plaats die bekend staat als de Challenger Deep in de Marianentrog in de Stille Oceaan – naar een plaats die dieper is dan de Mount Everest hoog is. De recordduik die wereldwijd het nieuws haalde, maakte deel uit van het ^Deepsea Challenge-project. Een wetenschappelijke expeditie van Cameron in samenwerking met National Geographic en Rolex, met als doel het verrichten van oceaanonderzoek op grote diepte. Cameron maakte als eerste mens de duik in een eenpersoonsduikboot, en slaagde er als eerste sinds 1960 in het diepste punt van de oceaan te bereiken in een bemande onderzeeër.

In James Cameron: Voyage to the Bottom of the Earth geeft Cameron zijn meest persoonlijke interview ooit over de opmerkelijke reis die hij maakte. Het interview is een selectie uit een meer dan twee uur durend gesprek met de filmmaker, waarin alle belangrijke gebeurtenissen uit de zeven jaar durende voorbereidingen tot het moment waarop hij daadwerkelijk op de bodem van de oceaan landde aan bod komen. Het project is bovendien zijn eerste expeditie als onderzoeker voor National Geographic.

“Ik had me geen betere partner kunnen wensen. National Geographic staat als organisatie sinds jaar en dag voor ontdekking. Dat is waar het tijdschrift en de televisiezender naam mee hebben gemaakt. Het stimuleren van nieuwe ontdekkingen en mensen blijven boeien met nieuwe bevindingen, daar draait het om.” aldus Cameron. Hij praat over zijn gevoelens en de angst die hij voelde op het moment dat hij één van de eerste testduiken afbrak. En over zijn emoties tijdens de spookachtige afdaling in de duisternis, en de gecalculeerde beslissingen die hij moest nemen toen hij de zeebodem had bereikt.

Voor de 1.88 meter lange Cameron was het een hele uitdaging zich op te vouwen in de speciaal ontwikkelde onderzeeër, die bestand is tegen een druk van 1.125 kilogram per vierkante centimeter (vergelijkbaar met het gewicht van drie SUV’s die bovenop een mensenteen worden gestapeld). Hij moest zijn knieën gebogen houden en hield slechts enkele centimeters bewegingsruimte over voor zijn armen. Ruimte die cruciaal was voor het bedienen van het voertuig. Speciaal ontwikkelde camera’s binnenin de geavanceerde onderzeeër laten de kijker vanuit Camerons oogpunt zien hoe krap de behuizing was.

In de documentaire noemt Cameron de hoogte- en dieptepunten van de zeven jaar durende ontwikkelingsfase van de onderzeeër (genaamd ^deepsea challenger) die speciaal werd ontwikkeld om de elementen te kunnen weerstaan, en door de oplopende druk tijdens de afdaling maar liefst meer dan zeven centimeter in omvang kromp.

Met computeranimatie wordt een beeld geschetst van de twee uur en 36 minuten durende reis naar de bodem van de oceaan. We zien hoe de onderzeeër langzaam dieper duikt dan het laagste punt dat een kernonderzeeër kan bereiken, voorbij de diepte van de laatste rustplaats van de Titanic op zo’n 3.800 meter diepte, en dieper dan de hoogte van de Mount Everest (8.850 meter), om uiteindelijk het einddoel te bereiken – de oceaanbodem. Cameron beschrijft tot in detail wat hij zag toen hij de bodem raakte: “Het was net of de bodem bedekt was met witgeverfde hardboardplaten. Het was de meest verlaten, kale omgeving die ik ooit in de oceaan gezien heb”.

De historische duik was een groot succes. Niet alleen slaagde Cameron erin het diepste punt van de oceaan te filmen, hij vestigde met zijn duik tevens de aandacht op het belang van oceaanonderzoek. Zoals Cameron het verwoordt: “Er gaat veel meer geld naar de verkenning van de ruimte, maar de oceaan is van levensbelang voor ons hier op aarde. En we vernietigen onze zeeën sneller dan dat we ze verkennen. Ik denk dat we met deze expeditie de aandacht hebben gevestigd op onze oceanen en het ontbreken van voldoende middelen voor oceaanonderzoek.”

De expeditie van de Deepsea Challenger werd vastgelegd voor een 3D-speelfilm over de intensieve technologische en wetenschappelijke inspanningen achter deze historische duik. Daarnaast werd de expeditie gedocumenteerd voor het National Geographic Magazine.

James Cameron: Voyage to the Bottom of the Earth is door National Geographic Television geproduceerd voor National Geographic Channel. Uitvoerend producent voor NGT is Ted Duvall, met als directeur Maryanne Culpepper. Uitvoerend Vicepresident en Hoofd Internationale Content voor NGCI is Hamish Mykura.

* James Cameron is niet beschikbaar voor interviews.

Opmerking: in februari kwamen twee leden van het deepsea challenge- team, de wereldberoemde filmmakers en onderzoekers Andrew Wight en Mike deGruy, om bij een helikoptercrash in Australië. Het team besloot hun nagedachtenis te eren door de expeditie voort te zetten en deze op te dragen aan hen en hun bijdragen aan het project.