IVW: Gevaarlijke stoffen onvoldoende zichtbaar aan boord van ferryschepen

Volgens een onderzoek van de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) is onvoldoende zichtbaar wat er aan gevaarlijke stoffen en voor zee verontreinigende stoffen aan boord is van ferryschepen. Bekendheid van hoeveelheden en gevaarzetting van deze goederen is van belang voor de juiste plaatsing van de goederen aan boord van het schip en voor hulpverleners en bemanning bij de bestrijding van calamiteiten. Gezien de mogelijke ernstige gevolgen voor bemanning, schip en/of milieu gaat IVW bij de handhaving extra aandacht besteden aan deze overtredingen.

IVW heeft bij 270 uitgaande trailers en tankcontainers op ferryschepen die varen tussen Nederland en het Verenigde Koninkrijk de documenten met betrekking tot gevaarlijke en verontreinigende stoffen aan boord van het schip en per afzonderlijke zending bestudeerd. Daaruit bleek dat in 6 procent van alle laadeenheden het bijkomend gevaar niet vermeld werd op de laadlijst van het schip (manifest). In het geval van verontreinigende stoffen werd van 9 procent van de trailers en tankcontainers het risico van vervuiling van zee niet vermeld op de laadlijst.

Vooral de stuwadoor, onderdeel van de reder, die de trailers en tankcontainers overbrengt van wal naar schip, veroorzaakte de fouten. Bij de trailers en tankcontainers aan boord met ontvlambare stoffen was van 36 procent het vlampunt niet vermeld op de laadlijst. De afzenders van de zendingen hadden in 1 procent van alle zendingen dit niet juist doorgegeven. In het geval van verontreinigende stoffen hadden de afzenders in 2 procent van alle zendingen de gegevens niet juist doorgemeld.

Bron: Inspectie Verkeer en Waterstaat, 21-05-2010;