Overslag haven Rotterdam licht afgenomen

wachtplaats 1KLEIN

De goederenoverslag in de Rotterdamse haven is het eerste halfjaar 0,9% afgenomen ten opzichte van het eerste halfjaar 2012. Vooral ruwe olie werd minder verscheept. Andere sectoren konden dit onvoldoende compenseren.

Nat massagoed
De goederenoverslag geeft over het eerste halfjaar een kleine krimp te zien. In totaal werd 0,9% minder overgeslagen dan in de eerste helft van 2012. Dat wordt vooral veroorzaakt door afname van de overslag van ruwe olie (-9%) als gevolg van de algehele marktsituatie (de lage vraag), interen op voorraden omdat de verwachting is dat prijzen in de toekomst lager zullen zijn (backwardation) en onderhoudstops bij raffinaderijen. Ruwe olie vormt bijna een kwart van de overgeslagen goederen in de haven. Daardoor tikt een forse afname van ruwe olie stevig door in het totaal. De toename van overslag van minerale olieproducten (4%) door meer export compenseerde het verlies ten dele. Er werd weer meer stookolie vanuit Rusland via Rotterdam naar het Verre Oosten verscheept. Er kwam dit halfjaar veel minder LNG binnen. Oorzaak hiervan is dat vrijwel alle LNG die verscheept wordt naar Azië gaat. Overig nat massagoed nam licht toe (1%). Alles bij elkaar daalde de overslag van nat massagoed met -3%.

Droog massagoed
De overslag van kolen nam toe (13%), vooral voor de elektriciteitsproductie. Kolencentrales draaien goedkoper dan gasgestookte centrales vanwege het prijsverschil tussen kolen en gas. Ook is de overslag in Rotterdam toegenomen door bundeling van stromen en sluiting van mijnen in het achterland. Ook ijzererts en schroot werd meer overgeslagen (6%). Niet zozeer vanwege aantrekkende staalproductie als wel vanwege doorvoer (transhipment) naar andere havens in Europa. Het eerste halfjaar passeerde iets meer agribulk (2%) en overig droog massagoed (1%) de haven. Het droog massagoed kwam daarmee in totaal op een groei van 7%.

Containers en breakbulk
Het containersegment laat een kleine afname zien in tonnen (-2%). Het aantal overgeslagen containers steeg licht met 1%. Reden van de teruggang in gewicht is de aanhoudende economische malaise in Europa. De grootste krimp in tonnen zit in het feedervervoer (-6%). Dit komt deels doordat feederverbindingen tussen de Baltische staten en Rotterdam verlegd zijn naar de Noord-Duitse havens. Een andere reden is de voortdurende overcapaciteit in de containervaart, waardoor om kosten te besparen reders hun grote schepen niet alleen langzaam laten varen (slow steaming) maar ook meer havens direct laten aanlopen (direct calls) dan in het verleden. Dat laatste leidt dan tot een afname van het totale feedervolume in de Hamburg – Le Havre range. De afname van het feedervolume zorgt ook voor een lichte afname van het deepsea volume (-2%). Het shortsea verkeer nam toe (5%), onder andere vanwege groei van het containervolume naar het oostelijk deel van de Middellandse Zee. Het roro-verkeer nam iets toe (2%). Roro overslag is sterk afhankelijk van de groei van de Engelse economie en deze vertoont nog geen krachtig herstel. Het overig stukgoed liep sterk terug (-23%) vooral door de afname van de import van staal. In totaal werd 4% minder breakbulk overgeslagen.

Sinds 1 januari 2013 is de exploitatie van de zeehaven van Dordrecht volledig geïntegreerd met die van Rotterdam. De overslagcijfers van Dordrecht (ca. 3 miljoen ton per jaar) worden daarom vanaf dezelfde datum meegenomen in de overslagcijfers.

Meer… Port of Rotterdam