KVNR wil duurzaamheidsfonds voor Nederlandse zeevaart

Duurzaamheid

Met de Tweede Kamerverkiezingen in het vooruitzicht pleit de KVNR voor de oprichting van een duurzaamheidsfonds en een tijdelijke aanvullende arbeidskostenregeling voor Nederlandse zeevarenden. Het fonds moet reders in staat stellen om te kunnen investeren in bijvoorbeeld ballastwaterbehandelingssystemen en de tijdelijke aanvullende arbeidskostenregeling om de Nederlandse zeevarenden in dienst te houden in de nog steeds moeilijke tijd.

De recente faillissementen van rederij Flinter en rederij Abis en de toenemende consolidatiebewegingen illustreren de aanhoudend slechte economische situatie in de zeescheepvaart. Beide wensen zijn volgens de KVNR dan ook noodzakelijk voor het behoud van de Nederlandse zeevaart, die de kraamkamer is voor de gehele maritieme cluster met zijn kwart miljoen arbeidsplaatsen.

“Verdere vergroening moet natuurlijk wel gefinancierd kunnen worden”
KVNR-voorzitter Tineke Netelenbos gaf uiting aan beide wensen tijdens de nieuwjaarsreceptie van de redersvereniging. Hoewel veel reders dagelijks worstelen om het hoofd boven water te houden vindt de redersgemeenschap dat schepen een bijdrage moeten en kunnen leveren aan een beter milieu. “Per ton kilometer bieden we al het meest duurzame transport, maar verdere vergroening moet natuurlijk wel gefinancierd kunnen worden. Juist de combinatie van een langdurige crisis en het moeten investeren in milieumaatregelen laat zich niet makkelijk combineren,” aldus de KVNR-voorzitter. Nederlandse reders trachten zo lang als mogelijk hun Nederlandse zeevarenden in dienst te houden, maar de druk om ze te vervangen door goedkopere zeevarenden loopt op door de aanhoudend slechte tijden. De tijdelijke aanvullende arbeidskostenregeling creëert lucht op weg naar betere tijden.

“Laten we doen als de Chinezen: kopiëren wat werkt en niet zelf alles uitvinden.”
Tineke Netelenbos herhaalde het pleidooi voor de oprichting van een maritieme autoriteit naar Deens voorbeeld. Ze sprak de hoop uit dat het ministerie van Infrastructuur & Milieu in 2017 daar de knopen over doorhakt. “Laten we doen als de Chinezen: kopiëren wat werkt en niet zelf alles uitvinden.”